Werkwijze
Back-ups maak je door bestanden handmatig van je werkcomputer naar een andere drager, bijvoorbeeld een externe harddisk, te kopiëren. Je kunt dit proces eventueel automatiseren met behulp van (betaalde) software. Van bestanden die je opslaat op de UvA- of HvA-netwerkschijf wordt door ICT Services dagelijks een back-up gemaakt.
Frequentie
Hoe vaak je een back-up maakt, hangt samen met hoe vaak je bestanden wijzigen. Het maken van een back-up kan, afhankelijk van het aantal en de grootte van de bestanden, tijdrovend zijn. Je kunt overwegen om te beginnen met het maken van een integrale back-up van alle bestanden, daarna wekelijks alleen de gewijzigde bestanden en eens per maand alle bestanden naar je back-upmedium te kopiëren.
Locatie
Als je zowel de originele bestanden als de back-ups ervan fysiek op één locatie bewaart, bestaat de kans dat de bestanden verloren gaan als gevolg van diefstal of brand. Je verkleint dit risico door op twee of drie verschillende locaties back-ups te bewaren.
Testen
Elk digitaal bestand kan in de loop van de tijd beschadigd raken, bijvoorbeeld als gevolg van veroudering van de drager waarop het bestand is opgeslagen. Daarom is het van belang om periodiek te testen of bestanden nog compleet en te gebruiken zijn.